Rik
het is de Ned. herv. kerk te IJsselmuiden (
http://www.dorpskerk.com/Publish/GEBOUWEN/kerkgelegenheden/dorpskerk.html )
Het orgel heeft volgens Piet Bron heeft de volgende geschiedenis gehad:
Matthias Verhofstadt bouwde in 1716 een nieuw orgel voor de (oude) Lutherse Kerk in Utrecht. De uitvoering van het werk is gedaan door Theodorus Schiffers, meesterknecht van Verhofstadt. Het instrument had aangehangen pedaal en twee manualen. Op 17 januari 1717 is het ingewijd. Hierna breidde Verhofstadt het positief nog uit met vijf stemmen, waarna het orgel op 10 juli 1717 officieel in gebruik werd genomen. Het instrument was een geschenk van Barend van Bekom, wiens initialen onder het orgel zijn aangebracht. In 1732 breidde Albertus van Os het uit. Hij plaatste een Vox Humana 8' op het positief, en hij maakte een manuaalkoppeling. Tevens breidde hij de pedaalomvang uit. In 1742 kocht men een oude kerkgebouw aan de Hamburgerstraat. Nadat dit gebouw was opgeknapt en van een nieuwe voorgevel voorzien, plaatste J.H.H. Bätz het orgel in 1745 over. In 1825 restaureerde Jonathan Bätz het orgel. De dispositie werd hierbij gewijzigd: de Flageolet 1' en de Vox Humana 8' van het Positief werden vervangen door een Fluit Travers 8' en een Woudfluit 2'. In 1844 werden er plannen gemaakt voor de bouw van een nieuw orgel, maar uiteindelijk is dat pas in 1880 gebouwd door J.F. Witte. Zwier van Dijk uit Kampen kocht het oude instrument op. Het kwam heel tijdelijk in de Hervormde Kerk te Genemuiden te staan, maar in 1885 kwam het definitief naar IJsselmuiden. In 1946 heeft Sanders het gerestaureerd, en een vrij pedaal met een Subbas gemaakt. Tevens verving hij op het Bovenwerk twee registers. Het instrument werd in 1967/1968 door Verschueren gerestaureerd onder advies van Klaas Jan Mulder, waarna het met Pasen, 18 april 1968 weer in gebruik is genomen met een bespeling door Henk van Putten. Verschueren maakte een nieuwe speeltafel. In 1982 restaureerde Hendriksen & Reitsma het instrument opnieuw. Nu werd het Hoofdwerk uitgebreid met een Prestant 8' (vanaf c) op een kantsleep en het Positief met een Prestant 4'. Op het pedaal verving men de Koraal 4' door een Fagot 16'. Het pijpwerk van de Koraal 4' werd gebruikt voor de Prestant van het Hoofdwerk. Op 23 oktober 1982 nam men het orgel weer in gebruik met een bespeling door Harry Hamer.
Hess schreef in 1774 in zijn verzamelingen:
Het Orgel in de Luthersche-Kerk, met twee Hand-Clavieren en een aangehangen Pedaal; heeft 14 stemmen.
Bovenwerk, 9 stemmen: Holpyp 8', Praestant 4', Fluit 4', Octaav 2', Quint 3', Sexquialtra, Cornet, Mixtuur en Trompet 8'.
Benedenwerk, 5 stemmen: Holpyp 8', Fluit 4', Octaav 2', Sexquialtra en Voxhumana 8'.
Dit is een Klein dog aangenaam Werkje om te bespeelen.
Nu is de dispostie:
Hoofdwerk: Prestant 8' (vanaf c) - 1968/1982, Holpijp 8', Octaaf 4', Roerfluit 4', Quint 2 2/3', Octaaf 2', Quint 1 1/3', Cornet III sterk (discant) - 1968, Mixtuur III-IV sterk, Trompet 8' (gedeeld), Tremulant.
Positief: Bourdon 8', Prestant 4' - 1968/1982, Gedektfluit 4', Nasard 2 2/3' - uit Sesquialter, Roerfluit 2' - 1982, Sesquialter II sterk, Scherp II-III sterk - 1968, Tremulant.
Pedaal: Bourdon 16' - 1968, Prestant 8' - 1968, Fagot 16' - 1982.
Koppelingen: Klavierkoppel, Pedaal - Hoofdwerk, Pedaal - Positief.